De tijd hier in Yellowstone vliegt voorbij! We beginnen de dag met het afbreken van onze tent. Vandaag reizen we namelijk door naar Grand Teton National Park, dat grenst aan Yellowstone. ‘Maar Old Faithful en Grand Prismatic Spring dan?’, hoor ik je denken. Niet getreurd: na twee dagen in Grand Teton zullen we terugkeren naar Yellowstone. Ons bezoek aan Yellowstone is dus opgedeeld in twee etappes, verspreid over twee verschillende campings.
Grand Canyon of the Yellowstone
We beginnen de dag waar we hem gisteren hebben afgesloten: bij de Grand Canyon of the Yellowstone. Gisteravond hadden we namelijk niet genoeg tijd om alle uitkijkpunten af te gaan en bovendien lagen de watervallen grotendeels in de schaduw. Vanochtend baden de watervallen daarentegen in een prachtig licht. Wauw! Vooral bij Lookout Point en Red Rock Point is het aanzicht van de Lower Yellowstone Falls de moeite waard. Zo vroeg op de ochtend zijn er gelukkig nog maar weinig mensen op pad. We blijven langer dan gepland en genieten volop van de rust en het uitzicht.
Om Red Rock Point te bereiken moet je best een eindje afdalen vanaf Lookout Point. Dat betekent natuurlijk ook weer een flinke klim omhoog. Een goede workout! Eén van de andere paden die afdaalt naar de canyon is Uncle Tom’s Trail, gelegen aan de zuidelijke rim. Helaas is dit pad momenteel gesloten in verband met werkzaamheden. Alleen al vanwege de (voortreffelijke) naam van de trail had ik hier natuurlijk graag tijd gespendeerd. Dat moet dan maar wachten tot een volgende keer.
Aan de zuidelijke rim gaan we nog wel even langs bij Artist Point. Dit is een uitzichtpunt dat redelijk ver van de waterval vandaan ligt, zodat je behalve de waterval ook nog een heel stuk canyon ziet. Vanwege de ruime parkeergelegenheid stoppen hier veel touringcars en kan het er dus erg druk zijn. Het is desalniettemin de moeite van een bezoekje waard.
Hayden Valley
Wanneer je vanuit het Canyon-gebied naar het zuiden rijdt (in de richting van Lake Yellowstone), kom je door de uitgestrekte Hayden Valley. Niet alleen in Lamar Valley, maar ook in Hayden Valley loopt veel wildlife rond. We speuren ons een ongeluk, maar we zien vandaag vooral bizons en vogeltjes.
Sulphur Caldron
Het is niet nodig om de informatieborden om ons heen te lezen, om te merken dat we inmiddels in geothermisch actief gebied gekomen zijn. Simpelweg een raampje openzetten en je weet genoeg. Veel van de bronnen in Yellowstone National Park ruiken naar rotte eieren (door het vrijkomen van zwavelgassen), zéker de bronnen in dit deel van het park. Een groot voordeel: niemand merkt het als je in Yellowstone last hebt van winderigheid. 😉
De bronnen bij Sulphur Caldron en Mud Volcano zijn zeker niet moeders mooiste. Ze laten zich nog het beste omschrijven als grote poelen vol borrelende, stinkende blubber. De bronnen worden omringd door gaten in de grond waaruit kolommen van stoom verschijnen, zogenaamde fumaroles. Als er een hel zou bestaan, zou ik verwachten dat het er ongeveer uit zou zien zoals hier.
Mud Volcano
We treffen het wel: bij Mud Volcano begint net de Mud Volcano Ramble, een anderhalf uur durende wandeling onder begeleiding van een ranger. De wat oudere mannelijke ranger blijkt een echte entertainer te zijn en we besluiten aan te haken. Tijdens de wandeling valt ons oog op meerdere hopen bizon-poep. Bizons blijken in de winterperiode massaal de omgeving van deze heetwaterbronnen op te zoeken, om zo heerlijk warm te blijven. Dankzij de fascinerende verhalen van de ranger, met name over de geologie in dit deel van het park, vervelen we ons geen moment.
Dat is toch wel één van de voordelen van het nationale-parken-systeem in de Verenigde Staten: je koopt voor 80 dollar een America the Beautiful-pas en hebt vervolgens met het hele gezin een jaar lang onbeperkt toegang tot alle nationale parken in het land. Allerlei voorzieningen en activiteiten zijn daar gewoon bij inbegrepen. Denk aan begeleide wandelingen, toegang tot de mooie bezoekerscentra en – in een groot aantal parken – gebruik van pendelbussen. En natuurlijk zijn de basisvoorzieningen zoals parkeerplaatsen, toiletten en de keurig onderhouden wandelpaden ook inclusief. Het is bijna crimineel hoe weinig je hoeft te betalen als buitenlandse toerist!
Yellowstone Lake
Na een korte stop bij de weinig indrukwekkende LeHardy’s Rapids rijden we door naar Yellowstone Lake. Bij een groot park hoort een groot meer: Yellowstone Lake is op het langste punt 32 km lang en op het breedste punt 24 km breed. We kiezen voor een snelle en eenvoudige lunch bij de Lake Lodge Cafateria. Het is hier lekker rustig en na een half uurtje zijn we weer helemaal opgeladen.
Om een goede indruk van het meer te krijgen, rijden we naar Lake Butte Overlook, een wat hoger gelegen uitzichtpunt. Vanaf hier kunnen we een groot deel van Yellowstone Lake en de omliggende bosgebieden overzien. Dit gebied is in het verleden grotendeels afgebrand, getuige de vele dode bomen.
Terwijl we hier staan, realiseren we ons dat er ontzettend veel gebieden zijn in Yellowstone waar weinig toeristen komen. Neem bijvoorbeeld het uitgestrekte gebied dat achter het meer gelegen is. Hier lopen geen wegen. Wil je erheen, dan kan dat alleen door een meerdaagse wandeltocht te ondernemen en te bivakkeren in de bossen óf door het meer over te steken met een boot.
Storm Point Trail
In de buurt van Lake Butte Overlook starten we met de Storm Point Trail, die deels langs de oever van het meer loopt. Deze afwisselende en niet al te lange wandeling (4 km) is een echte aanrader. Het open terrein zorgt voor prachtige vergezichten en de stralend blauwe lucht maakt het wandelplezier éxtra groot. Ook voert het pad door een bos, waar we van dichtbij meerdere herten in het struikgewas spotten die heerlijk liggen te rusten in het zonnetje.
Grand Teton National Park
We verlaten Yellowstone aan de zuidkant van het park en rijden nog geen tien minuten later Grand Teton National Park binnen. Dit park is vernoemd naar het Teton-gebergte, dat op zijn beurt zijn naam ontleent aan het Franse woord tétons. Vrij vertaald hebben we het dan over het ‘Grote Tieten Nationale Park’. Tja…
Helaas is het in Grand Teton National Park niet mogelijk om vooraf tentplekken op campings te reserveren. Omdat we in het hoogseizoen reizen en niet van onaangename verrassingen houden, hebben we daarom maar een tent cabin gehuurd bij Colter Bay Campground. Dat kon wél vooraf. Na het inchecken wacht ons echter een compleet sfeerloze bedoening. De tent cabin heeft een betonnen vloer, het ruikt er muf en de bedden bestaan uit metalen frames die aan het geraamte van de tent zijn bevestigd. Op zich wisten we dit wel toen we boekten, maar het valt alsnog tegen. We besluiten er het beste van te maken door de plastic matrassen naast elkaar op de grond te leggen en wat sfeer te creëren met behulp van een campinglampje. Veel knusser zo!
Zwemmen bij Jackson Lake Lodge
Bij de Jackson Lake Lodge is een leuk aangelegd buitenzwembad aanwezig. Dit zwembad is gratis toegankelijk voor hotelgasten en campinggasten in het park. We profiteren van deze mogelijkheid en rusten in het koele water uit van alle activiteiten van de dag. Na het zwemmen ploffen we met onze e-readers neer op een comfortabele bank in de lobby van de Jackson Lake Lodge. Wat een mooie lobby is dat zeg! Door de metershoge ramen heb je een prachtig uitzicht op Jackson Lake, met aan de overkant de besneeuwde toppen van het Teton-gebergte. Na een fraaie zonsondergang keren we terug naar de camping.
Overnachting: Colter Bay Campground ($ 76)
Afstand afgelegd: 185 km